Klerk, Michel de

(Amsterdam 1884 - 1923 Amsterdam)

a. Michel de Klerk omstreeks 1915. Foto: Nieuwe Instituut

Michel de Klerk werd geboren op 24 november 1884 in de Joodse buurt van Amsterdam, op de Zwanenburgwal 29. (afb. a) Zijn vader was diamantslijper; hij stierf toen Michel twee jaar oud was. Samen met zijn moeder en zijn drie zussen bracht hij zijn jeugd op verschillende adressen in de Joodse buurt door. In 1910 trouwde hij met Lea Jessurun, dochter van de Rabbijn van de Portugese Synagoge. Samen kregen ze twee zonen.

Michel de Klerk kon van jongs af aan goed tekenen en dat was de reden dat architect Eduard Cuypers (1859-1927) hem op 14-jarige leeftijd vroeg om bij hem op zijn bureau te komen werken. Met avondstudie op de Industrieschool van de Maatschappij voor den Werkende Stand, waar de kunstenaar Bernard Willem Wierink (1856-1939) aan het hoofd stond en tekenles gaf, bekwaamde hij zich vervolgens als architect.

b. Michel de Klerk, Het beloofde land, interieurontwerp voor prijsvraag, 1908. Foto: Nieuwe Instituut

Op het architectenbureau werkten meer jonge architecten, zoals Piet Kramer (1881-1961), Joan van der Meij (1878-1949) en Guillaume la Croix (1877-1923). Het architectenbureau werd daarom later de broedplaats van de Amsterdamse School genoemd. Op het architectenbureau moest Michel de Klerk bouwtekeningen van Eduard Cuypers uitwerken, maar kreeg hij ook de kans om aan prijsvragen mee te doen en daarmee naam te maken. (afb. b)

In 1910 verliet hij het bureau en maakte hij met zijn vrouw een huwelijksreis naar Scandinavië, waar hij veel inspiratie opdeed. Zo had hij grote bewondering voor het toen net gebouwde Paladshotel in Kopenhagen van de architect Anton Rosen. De toren van dit hotel zou hem later inspireren bij de bouw van de toren van Het Schip.

Terug in Amsterdam begon De Klerk als zelfstandig architect te werken. Zijn eerste ontwerp was in 1911 een woonhuis aan de Thamerlaan 14 in Uithoorn. Hoewel het huis niet helemaal volgens zijn ontwerp is uitgevoerd, zijn er al de eerste kenmerken van de expressieve Amsterdamse School van zijn latere gebouwen in te zien. Vervolgens werkte De Klerk mee aan de bouw van het Scheepvaarthuis, waarvoor zijn oud-collega Joan van der Meij de opdracht gekregen had. Dit gebouw werd een waar Gesamtkunstwerk met inbreng van veel kunstenaars. Aan het Johannes Vermeerplein ontwierp hij het Hillehuis. De gevel van het complex, dat in 1912 gereedkwam, werd voor het eerst als eenheid opgevat. In 1913 volgde een project aan het Spaarndammerplantsoen. De gevel werd hier echte bouwkunst. Voor de woningbouwvereniging Eigen Haard bouwde hij in 1920 het hoogtepunt van de Nederlandse volkshuisvesting, Het Schip. (afb. c)

c. Michel de Klerk, Het Schip, hoekbebouwing Zaanstraat/Hembrugstraat, 1920. Foto: Museum Het Schip

Omstreeks deze tijd volgden meer projecten, waaronder vanaf 1918 arbeiderswoningen voor woningbouwvereniging De Dageraad in Plan Zuid, en in 1922 een complex middenstandswoningen aan de Vrijheidslaan. Voor de Koninklijke Amsterdamse Roei- en Zeilvereniging De Hoop ontwierp hij een nieuw botenhuis, dat in de Tweede Wereldoorlog op last van de Duitse bezetter is gesloopt.

d. Louise Beijerman en Michel de Klerk, schetsontwerp voor watermonument in Venlo, 1921. Foto: Nieuwe Instituut

Michel de Klerk heeft niet alleen gebouwen in Amsterdam ontworpen, ook in Hilversum en in Aalsmeer staan gebouwen van hem. Een bijzonder en een enigszins afwijkend project was het ontwerp van een watermonument in het Wilhelminapark in Venlo, dat hij in 1921 samen met de beeldhouwster Louise Beijerman (1883-1970) heeft gerealiseerd. (afb. d) Een oosters aandoend, parasolachtig koperen parapluutje boven de spuitgaten van de fontein, was in de loop der jaren verdwenen maar is in 2022 door de Gemeente weer teruggebracht.

e. Michel de Klerk, spreekcel in het postkantoor van Het Schip, Spaarndammerplantsoen, 1920. Foto: Museum Het Schip

Michel de Klerk was meer dan een architect. Hij was een veelzijdig kunstenaar. Zo maakte hij vele schetsen van zijn reizen naar het buitenland en van wandelingen op het platteland. Daar portretteerde hij talrijke bekenden. Ook ontwierp hij meubels. (afb. d) In de winkel van ’t Woonhuys op de hoek van de Leidsestraat en de Prinsengracht had hij twee eigen toonzalen. Voor de Post Telegraaf Telefoon (PTT) ontwierp hij behalve het postkantoor in Het Schip (afb. e), ook postzegels, wapenschilden en een brievenbus. Voor het Koninklijk Nederlands Toneel ontwierp hij voor de uitvoering van het Winteravondsprookje van William Shakespeare eind 1922 zelfs een toneeldecor in de stijl van de Amsterdamse School. Het oeuvre van Michel de Klerk is indrukwekkend en had nog indrukwekkender kunnen zijn, als hij niet op zijn verjaardag, op 24 november 1923, slechts 39 jaar oud, aan een longontsteking was gestorven.

Auteur: Alice Roegholt, emeritus directeur Museum Het Schip