Jongert, Jacob (Jac.)

(Wormer 1883 - 1942 Reeuwijk)

a. Verpakking voor Van Nelle, ca. 1925/30; boekdruk, 15 x 16.

Hoewel zijn vader graag had gezien dat hij, als enige zoon, de ouderlijke boerderij had voortgezet, koos Jongert toch voor het kunstenaarsschap. Hij bezocht de Quellinusschool en studeerde vervolgens aan de Rijksschool voor Kunstnijverheid en de Rijksakademie (avondcursus 1903/04). Hierna assisteerde hij Richard Roland Holst bij het uitvoeren van wandschilderingen in het gebouw van de Algemeene Nederlandsche Diamantbewerkers Bond in Amsterdam. Ondertussen behaalde hij in 1905 zijn MO-akte en ging hij lesgeven aan de avondtekenschool in Purmerend. Vanaf 1908 doceerde hij ook aan de Industrieschool voor Meisjes in Amsterdam (in 1911 gereorganiseerd tot Dagteeken- en Kunstambachtschool voor Meisjes). In Purmerend kwam hij in contact met de drankenhandel ‘De Wed. G. Oud Pz. en Co.’, waarvoor hij rond 1915 verpakkingen en reclamemateriaal ging ontwerpen. Zijn doorwerkte, op de Amsterdamse School geïnspireerde vormgeving trok spoedig de aandacht en leverde hem opdrachten op van allerlei andere firma’s voor het ontwerpen van o.a. behang, textiel, meubels, boekbanden en reclamedrukwerk (dat laatste o.a. voor de Glasfabriek Leerdam). Toen Huib Luns in 1918 ontslag nam als hoofd van de afdeling decoratieve kunst van de Academie in Rotterdam was hij dan ook diens aangewezen opvolger.

b. Verpakking voor Van Nelle, ca. 1925/30; boekdruk, 25 x 7.

Nadat Jongert naar Rotterdam was verhuisd, ging hij hier, naast het lesgeven, in 1919 voor de Van Nelle-fabriek werken. Daarmee brak een nieuwe fase in zijn loopbaan aan. In 1923 kreeg hij de leiding over de reclameafdeling van het bedrijf en werd verantwoordelijk voor het uiterlijk van alles wat Van Nelle op publicitair gebied voortbracht. Daarvoor ontwikkelde hij in de loop van de jaren ’20 een strakke, zakelijke huisstijl met heldere kleuren, die alom waardering oogstte en al gauw door velen als een van de meest geslaagde Nederlandse voorbeelden op dit terrein werd gezien.

c. Frontispiece en titelpagina van: L. de Hartog Meyjes, Verborgen wegen, Zeist (J. Ploegsma), 1919; houtsnede, 25,5 x 37 (in totaal).

Behalve voor Van Nelle werkte Jongert, die lid was van de VANK en in 1933 de kunstenaarsvereniging ‘R’33’ mee oprichtte, overigens ook na 1923 zo nu en dan nog voor andere bedrijven en instellingen. Zo ontwierp hij in 1929 een postzegel en een gelukstelegram voor de PTT en in 1930 een bankbiljet voor de Nederlandsche Bank. Helaas kwam aan zijn zo succesvolle loopbaan voortijdig een eind; een ernstige ziekte noodzaakte hem in 1939 op 57-jarige leeftijd zijn werkzaamheden neer te leggen en in 1940 moest hij meemaken dat bij het bombardement op Rotterdam zijn atelier werd verwoest. Twee jaar later overleed hij.

Dit artikel (van de hand van Jan Jaap Heij) is met toestemming van de rechthebbenden (Drents Museum en uitgever WBOOKS BV) ontleend aan het boek 'Vernieuwing & Bezinning' dat niet meer zal worden herdrukt.

Copyright afbeeldingen:
abc. JAV Studio’s, Assen