Berg, Andries van den

(Den Haag 1852 - 1944 Den Haag)

a. Zelfportret, 1902; olieverf op paneel, 38,5 x 30,5.

Vermoedelijk kreeg Van den Berg zijn eerste tekenlessen van zijn vader, die rijtuig- en decoratieschilder was. Tussen 1867 en 1875 volgde hij avondlessen aan de Haagse academie en behaalde er verschillende prijzen. Overdag assisteerde hij intussen eerst enkele jaren een oom, die decorschilder bij de Haagse Schouwburg was, en werkte vervolgens als lithograaf bij de bekende Haagse drukkerij Lankhout. In 1878 behaalde hij zijn MO-akte en nog datzelfde jaar kreeg hij een aanstelling als docent aan de Haagse academie. In de jaren 1879-1881 werd hem een Koninklijke Subsidie verleend waardoor hij in staat werd gesteld zich verder te bekwamen.

b. Interieur van boerderij te Anreep, 1930, olieverf op doek, 57,5 x 90.

Hij ging zich toeleggen op het schilderen van stillevens, portretten en vooral genretaferelen met soldaten in historische kledij, in een 17de-eeuws aandoende stijl. Daarnaast voerde hij geregeld opdrachten van de Haagse meubel- en interieurfima Mutters uit voor decoratieve schilderingen in betimmeringen. In de loop van de jaren ’80 maakte de inspiratie op de 17de eeuw langzamerhand plaats voor invloed van de Haagse School. Hij ging nu steeds meer interieurs met figuren in eigentijdse kledij schilderen (enkele daarvan in 1902 en 1903 in Anreep bij Assen), die qua stijl vaak enigszins aan het werk van Johannes Bosboom doen denken.

c. Landschap bij Maarssen, 1930, aquarel, 15 x 23,5.

Rond 1905 werd een nieuwe fase in Van den Bergs werk zichtbaar. Samen met zijn zoon Willem (geboren 1886), die in de voetsporen van zijn vader was getreden, trok hij er nu geregeld op uit om buiten te werken. Aanvankelijk gingen hij en Willem veelal naar Gelderland, waar ze vaak logeerden bij Willems vriend Theo Goedvriend; later bezochten ze ook Limburg, België en Frankrijk (zo waren ze in 1912 samen in Barbizon). Van den Bergs koloriet werd nu helderder en zijn penseelvoering wat vrijer en losser. Na zijn pensionering in 1918 werkte hij tot op hoge leeftijd bijna iedere zomer in Meerssen (Zuid-Limburg), waar hij vrijwel alleen landschappen en dorpsgezichten schilderde. Voorts heeft hij af en toe geëtst, hiertoe vermoedelijk gestimuleerd door Willem, die een gerenommeerd graficus was.

Dit artikel (van de hand van Jan Jaap Heij) is met toestemming van de rechthebbenden (Drents Museum en uitgever WBOOKS BV) ontleend aan het boek 'Vernieuwing & Bezinning' dat niet meer zal worden herdrukt.

Copyright afbeeldingen:
a. JAV Studio’s, Assen
bc. Fotodienst Provincie Drenthe